achtergrond: het concept van prognose als een voorspelling met betrekking tot de waarschijnlijke uitkomst van een aanval van de ziekte vertoont enkele ernstige contextuele nadelen in de dagelijkse klinische betekenis. Het wordt vaak gebruikt om mogelijke uitkomsten van de ziekte in het algemeen, of de progressie van een ziekte cursus, niet de verwachte cursus in een bepaald geval te beschrijven.,
doelstelling: een meer onderscheidend gebruik van de term prognose maken, om de voorspellende arts een geldig hulpmiddel te bieden, vergelijkbaar met de theoretische basis van diagnostische en therapeutische acties.
Procedures: analyse en bespreking van etymologie, definitie en praktisch gebruik.
conclusie: prognose moet niet als waarzeggend worden beschouwd, maar prognoses op gekwalificeerde gronden. Prognostische uitspraken zijn aankondigingen die prognostische informatie bevatten., De prognostische factoren zijn stukken informatie verbonden aan een specifiek resultaat van ziekte, die in de formulering van de prognose kan worden gebruikt. Prognostische schattingen impliceren subjectieve waarschijnlijkheid en kunnen worden geformuleerd door gebruik te maken van frequenties samen met (klinische) ervaring. Een prognose is een voorspelling van een bepaald toekomstig stadium van de ziekte, rekening houdend met een enkel geval — de prognose is geen deel van de patiënt, noch een deel van de ziekte.